Eilanden, hoor mij aan, verre volken, luister aandachtig. Al in de schoot van mijn moeder heeft de HEER mij geroepen, nog voor ze mij baarde noemde Hij mijn naam. Mijn tong maakte Hij scherp als een zwaard, Hij hield me verborgen in de schaduw van Zijn hand; Hij maakte me tot een puntige pijl, Hij stak me weg in Zijn pijlkoker. Hij heeft me gezegd:

‘Mijn dienaar ben jij. In jou, Israël, toon Ik Mijn luister.’ Maar ik zei:

‘Tevergeefs heb ik me afgemat, ik heb al mijn krachten verbruikt, het was voor niets, het heeft geen zin gehad. Maar de HEER zal me recht doen, mijn God zal me belonen.’ Toen sprak de HEER, die mij al in de moederschoot gevormd heeft tot Zijn dienaar om Jakob naar Hem terug te brengen, om Israël rond Hem te verzamelen – dat ik aanzien zou genieten bij de HEER en dat mijn God mijn sterkte zou zijn. Hij zei:

‘Dat je Mijn dienaar bent om de stammen van Jakob op te richten en de overlevenden van Israël terug te brengen, dat is nog maar het begin. Ik zal je maken tot een licht voor alle volken, opdat de redding die Ik brengen zal tot aan de einden der aarde reikt.’

Dit zegt de HEER, de Bevrijder, de Heilige van Israël, tegen hem die smadelijk veracht wordt, die door vreemde volken wordt verafschuwd, die dienaar is van vreemde heersers:

Koningen zullen dit zien en opstaan, vorsten buigen diep voorover, omwille van de HEER, die betrouwbaar is, de Heilige van Israël, die jou heeft uitgekozen.

Dit zegt de HEER:

In het uur van Mijn genade geef Ik je antwoord, op de dag van de redding zal Ik je helpen. Ik zal je behoeden, Ik neem je in dienst voor Mijn verbond met de mensen, om het land weer op te richten, om het verlaten erfgoed in eigendom terug te geven, om tegen gevangenen te zeggen:

‘Ga in vrijheid!’ en tegen wie in het duister verblijft:

‘Kom te voorschijn!’ Langs wegen zullen zij weiden, op iedere kale heuvel vinden ze weidegrond. Ze zullen dorst noch honger lijden, de zinderende hitte zal hen niet kwellen en de zon zal hen niet steken, want Hij die zich over hen ontfermt, zal hen leiden en hen naar waterbronnen voeren.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Jesaja 26:11-21 Redding en vrede voor het rechtvaa...
Jesaja 41:15-29 Wie bepaalt de loop der dingen? 2
Jesaja 26:1-10 Redding en vrede voor het rechtvaar...
Jesaja 40:1-15 Troost voor Jeruzalem 1
Jesaja 55:1-13 Een nieuw verbond
Jesaja 21:1-17 De val van Babel geopenbaard
Jesaja 43:15-28 2
Jesaja 33:13-24 Bevrijding van Jeruzalem 2
Jesaja 20:1-6 Profetie over Egypte en Nubië
Jesaja 38:1-11 Hizkia's ziekte en genezing 1
Jesaja 52:1-15
Jesaja 58:9-14 Vasten en sabbat 2
Jesaja 65:13-25 De HEER zal goed én kwaad vergelde...
Jesaja 23:1-10 De ondergang van Tyrus en Sidon 1
Jesaja 25:1-12 Danklied
Jesaja 16:1-14
Jesaja 49:21-26 3
Jesaja 66:12-24 Het oordeel van de HEER 2
Jesaja 11:11-16 Vrede en gerechtigheid door de tel...
Jesaja 9:1-11 De opgeheven hand van de HEER 1
Jesaja 64:1-11
Jesaja 32:11-20 Vrede waar gerechtigheid heerst 2
Jesaja 29:13-24 Redding voor Jeruzalem in het nauw...
Jesaja 14:1-10 1
Jesaja 35:1-10 Bevrijding en terugkeer
Jesaja 48:1-11 De dienaar van de HEER als bevrijde...
Jesaja 36:1-11 Jeruzalem door Sanherib bedreigd 1
Jesaja 12:1-6 Loflied
Jesaja 23:11-18 De ondergang van Tyrus en Sidon 2
Jesaja 59:11-21 In de ban van het kwaad 2
Jesaja 39:1-8
Jesaja 1:1-17 Aanklacht tegen Israël en Jeruzalem ...
Jesaja 37:14-27 2
Jesaja 19:1-15 De val van Egypte en zijn herstel 1
Jesaja 34:1-10 Oordeel over Edom 1
Jesaja 59:1-10 In de ban van het kwaad 1
Jesaja 44:1-13 1
Jesaja 14:11-22 2
Jesaja 60:12-22 Het nieuwe Jeruzalem 2
Jesaja 42:14-25 2
Jesaja 28:1-12 Oordeel over Jeruzalems slechte lei...
Jesaja 3:1-12 Chaos in Jeruzalem en Juda 1
Jesaja 49:11-20 2
Jesaja 10:23-34 3
Jesaja 44:14-23 2
Jesaja 42:1-13 1
Jesaja 58:1-8 Vasten en sabbat 1
Jesaja 10:13-22 2
Jesaja 37:28-38 3
Jesaja 4:1-6
Jesaja 15:1-9 De ondergang van Moab
Jesaja 44:24-28 3
Jesaja 66:1-11 Het oordeel van de HEER 1
Jesaja 47:8-15 Babel in het stof 2
Jesaja 57:1-11 1
Jesaja 57:12-21 2
Jesaja 45:1-13 1
Jesaja 6:1-13 Jesaja geroepen
Jesaja 2:10-22 De dag van de HEER 2
Jesaja 1:18-31 Aanklacht tegen Israël en Jeruzalem...
Jesaja 45:14-25 2
Jesaja 32:1-10 Vrede waar gerechtigheid heerst 1
Jesaja 47:1-7 Babel in het stof 1
Jesaja 2:1-9 De dag van de HEER 1
Jesaja 53:1-12
Jesaja 24:1-13 Oordeel over de Aarde 1
Jesaja 14:23-32 3
Jesaja 51:1-11 Troost voor het volk: Jeruzalem vri...
Jesaja 37:1-13 1
Jesaja 8:11-23 Onheil over een volk zonder vertrou...
0Shares